God Save The Queen! - Verslag van de oversteek naar Engeland

“Ga je mee naar Engeland, ik zoek nog bemanning…er hebben er twee afgezegd…” , een simpele vraag waarop eigenlijk geen nee meer mogelijk is. Toch maar even nadenken en eerst thuis bespreken. Niet dus. De volgende dag stond al op de website van TeamWindrose: Wim gaat mee naar Engeland. Gelukkig leest mijn vrouw die wedstrijdverslagen niet, anders was het huis te klein. En natuurlijk viel deze week precies op de verjaardag van mijn dochter. Het kostte enige overredingskracht, een mooi cadeau en een etentje om het thuisfront over te halen. Let´s go.

Met Team Windroos, de Bavaria 820, zijn we van 29 mei tot 7 juni met nog vijf andere schepen uit Naarden een weekje naar Engeland geweest. De oversteek en het programma voor deze tocht waren minutieus door de vlootvoogden Sander Kreukniet en Richard Menting voorbereid. Vanaf IJmuiden werd er overgestoken naar Lowestoft. Vandaar langs de kust naar het zuiden de getijdenrivier de Deben op naar Woodbridge. Prachtig historisch stadje met een echte houten Tidemill. In de waterkom van deze in oude glorie herstelde getijdenmolen is nu een mooie jachthaven gerealiseerd die alleen met hoog water bereikbaar is.

Na een dag rust zijn we doorgevaren langs Southwold naar Woolverstone. Bij de ingang van de river Orwell & Stour passeer je de plaats Harwich met aan de overkant de terminals van Felixstowe. Als je de river Orwell doorvaart kom je onder een hele hoge brug door in Ipswich. Een korte wandeling van ongeveer een half uur brengt je vanaf de jachthaven Woolverstone langs de rivier naar de bekende Bud and Oysters in Pinn Mill. Vandaar zijn we donderdag in een keer weer overgestoken naar IJmuiden waar we de volgende dag vrijdag om ca. 11.00 uur ´s-ochtends weer aankwamen. Een reis van ongeveer 27 uur in een Yacht van 8 meter gaat je niet in je koude kleren zitten, temeer daar we flink wat noordelijke wind hadden en het ´s nachts stervenskoud was. Lekker kotsten, afzien en denken waarom doe ik dit. Nou simpelweg omdat zeezeilen een fascinerende verslaving is en dit stukje Oostkust van Engeland heel veel te bieden heeft.

Naar Lowestoft

Zaterdag vertrekken we met werkelijk prachtig weer en een heerlijk lopend oostelijk windje. Dit maak je maar weinig mee dus een uitgelezen kans om snel over te steken. Onze vlootvoogd kwam op het lumineuze idee om vroeg te vertrekken, want dan zouden we de volgende dag weer vroeg in Lowestoft aankomen en daar nog een lekker stuk kunnen slapen. Deze redenering was wel leuk, maar met een 8 meter bootje wordt de gemiddelde snelheid toch wel even wat anders. Nou ja, een paar uurtjes nachtrust was nog wel te doen en we trapten gelukkig ook niet in de truc van Richard om ons met wat foute coördinaten van de aanloopton ergens onder de kust van IJsland te doen belanden.

Bert Piels, schipper en eigenaar van Team Windrose was in alle staten dat het dit keer wel ging lukken. De ene na de andere carnavalskraker schalde over de Noordzee en met veel verve werd met een paar vuurpeilen als microfoon, een fantastische playback van Annelies van der Pies uitgevoerd. Van ons mocht hij door naar de volgende ronde. 

Het derde Team lid was Peter Hiele, een oude zeerob en filmmaniak die ook al jaren in de woensdagavond competitie meevaart als voordekker en platstrijker van de Genua. Peter had van te voren al een vuilniszak vol met broodjes gesmeerd en deed geweldig zijn best deze nog voor de uiterton al naar binnen te werken. Dit onder het mom van flink stouwen dan word je niet zeeziek. Nou heb ik nooit gehoord dat Boeddha zeeziek was dus het zal wel waar zijn.

Een paar uurtje na de andere schepen maakten we de volgende ochtend vast aan de drijvende steigers van de Royal Norfolk & Suffolk Yacht Club in Lowestoft. Eindelijk rust, diepe rust en nog even lekker slapen.

Bij het ontbijt bleek plotseling dat we nog geen gastenvlag hadden hangen. Begeleid op mijn mondharmonica en voorzien van gepaste kleding werd, onder de gedragen klanken van de English Anthem “God Save the Queen“,de Red Ensign langzaam en statig door Bert op haar plaats gehesen. Dit bleef echter niet onopgemerkt, want bij het wegsterven van de laatste klanken stond er opeens een hele rij Engelsen keurig in de houding op de steiger. Dat leverde mooie plaatjes op voor Peter zijn film. Wist u overigens dat de Red Ensign of ook wel de Red Duster genoemd al in het begin van de 17e eeuw door de Royal Navy werd gevoerd? Pas veel later mocht deze ook door andere schepen worden gebruikt. 

 

Bert ging aan de gang voor het ontbijt en al snel dreven er flarden kaneelzoete geuren van warme wentelteefjes door de haven. Nee, geen Engelse vrouwen in minirok, maar echte ouderwetse Hollandse wentelteefjes. Binnen vijf minuten stond onze inmiddels tot “Commodore” verheven voorzitter en vlootvoogd naast het gangboord, om met een vilein trekje om de mond te informeren hoe de overtocht was gegaan. “Kopje koffie Sander..?”  Nou zo´n wentelteefje ging er ook wel in en dat leidde weer tot zijn briljante verhaal over dat “verdomde toplicht” met ledlampje. Drie keer de mast eraf en nog steeds geen licht.

Lowestoft heeft voor een kort bezoekje weinig bijzonders te bieden. Je verbaast je over de oneindige rijen met lange schoorstenen op alle gebouwen. Zou de cv hier nog niet zijn uitgevonden of is het nostalgie en angst voor een nieuwe oorlog? De boulevard is op deze zondag niet druk bezocht. Wat dagjesmensen met kinderen. Van het geheel gaat een wat armoedige indruk uit. In de supermarkt blijkt dat het Engelse woord “two pounds” hier uitgesproken wordt als “three pounds”. Het is geen vervelend truckje om toeristen meer geld uit hun zak te kloppen, maar een merkwaardig dialect van een jong meisje aan de kassa. De in alle haast gekochte Engelse theezakjes, blijken pads te zijn die het ook in de Japanse theepot goed doen. De zogenaamde Okidoki Thee, ook Japans.

Die avond houdt Sander palaver in de bar van het mooie clubgebouw van de Yachtclub. We moeten de volgende dag erg vroeg vertrekken om op tijd bij bij de River Deben te zijn. Ter afsluiting nog een anekdotische grap en dan vroeg naar bed. 

Woodbridge

Het is maandagmorgen en nog erg vroeg als we weer zeewaarts gaan, langs de kust naar de River Deben. We kunnen vlak langs de kust varen en passeren Southwold Harbor en de mooie toren van Orfordness.  Even verder is dan de ingang naar de River Ore en de Alde. Je moet hier erg alert zijn op de vele lobster en crab pots die overal in grote aantallen verspreid liggen. Van sommigen kun je nog nauwelijks het door zeewier aangetaste ankerballetje zien.

We zijn zo´n beetje als laatste vertrokken, maar dat geeft niets want al die grote jachten met die diepe kielen moeten toch wachten voor ze voldoende water hebben om de grinddrempels over te kunnen. Bij de verkenningston van Woodbridge Haven ligt de rest van de vloot te dobberen op de rustige zeegang. We zwaaien even naar de Commodore en zonder een spier te vertrekken varen we in één keer strak langs de West Knoll en de Mid Knoll tonnen de ingang van de Deben op. Peter vloekt als hij bijna over boord kiepert bij het strijken van de zeilen in de heftige branding. We worden met veel kracht van de opkomende vloed naar binnen gesleurd, direct gevolgd door de rest van de vloot. Ha, ha , hebben we ze toch mooi even verslagen. Stroomopwaarts is het dan nog zo´n negen mijl varen door het adembenemende mooie landschap. Juweeltjes van huizen en prachtige vergezichten over het zacht glooiende rivierlandschap. Je moet hier wel goed oppassen om binnen de boeienlijn te blijven. Dit valt niet mee, daar er regelmatig veel jachten en andersoortige bootjes tegen de rand van de geul  op de stroom voor anker liggen. Wij kunnen met onze geringe diepgang gelijk de kom van de voormalige Tidemill invaren. De anderen moeten nog even wachten, waarbij het geduld wel op de proef wordt gesteld. Het is een vermakelijk gezicht als de een na de ander toch nog te vroeg probeert over de drempel te komen en onverbiddelijk met een doffe klap vastloopt.

In Woodbridge hebben we een dag rust, waarbij er voor de liefhebbers een wandeling stroomopwaarts langs een voetpad aan de rivier wordt gehouden. Deze route biedt steeds opnieuw verrassende vergezichten op de modderige restanten van de drooggevallen rivier. Vergane houten resten van honderden jaren oude schepen worden zichtbaar en ik verbaas mij over het gebrek aan leven in de modderige bodem. Dat is op onze Waddenzee wel anders. Je ziet ook weinig watervogels en je vraagt je af wat hier de oorzaak van kan zijn. Tegen de oever zijn op diverse plaatsen wat wrakkige steigers gebouwd waaraan de meest vreemdsoortige schepen liggen afgemeerd. Oude houten mijnenvegers en zeiljachten die al lang de zee niet meer hebben gezien en waarvan sommigen nog vast worden bewoond.

In een typische Engelse kroeg wordt koffiegedronken, nou ja door sommigen. Het bier in de als pints aangeduide halve litervaten gaat er ook ´s morgens goed in. Die middag wordt onze broodvoorraad weer aangevuld en bewonderen we het prachtige oude stadje. Helaas geen souvenirs voor het thuisfront. De commercie is hier nog niet echt doorgedrongen. Woodbridge en de schitterende omgeving is de moeite waard om meerdere dagen aan te besteden. Een volgende keer dus de vouwfietsjes mee en neem er de tijd voor. 

Woolverstone

Woensdagmorgen moeten we weer vroeg op om met de ebstroom mee op tijd de rivier af te komen, de zee op. De afstand is in totaal zo´n 18 mijl, maar we begeven ons wel door een zeer druk bevaren gebied. Jaarlijks vindt er voor meer dan 200 miljoen ton commerciële vaart plaats op de haven van Harwich. Het is een van de drukste scheepvaartgebieden rond Engeland met veel vracht- en containerschepen, ferries en cruiseliners. Jachten wordt aanbevolen om gebruik te maken van een speciale route. Op www.hha.co.uk kun je deze terugvinden of een gratis kaart van dit gebied bestellen. Vanaf Harwich kun je de River Orwell op naar de Woolverstone Marina of verder naar Ipswich. Je passeert dan de beroemde Pinn Mill, waar als je geluk hebt, voor bezoekers nog een vrije mooring is te vinden.

Het is begin van de middag als we aankomen in Woolverstone Marina. Even wachten tot Sander de plaatsen heeft geregeld met de havenmeester. We komen aan de kop van een steiger te liggen en schrikken als even later de wind opsteekt en de golven rechtstreeks uit de rivier dwars op onze boot gaan lopen. Nou ja, als het te gek wordt gaan we gewoon ergens anders liggen.

Voor de avond is er een gezamenlijk eten georganiseerd in het restaurant bij de haven, maar vooraf eerst met de hele ploeg een biertje drinken in Pinn Mill. Het weer kan niet stuk. In een prachtige stralende zon met een heerlijk temperatuurtje zitten we verspreid over het terras van de bijna verlaten Bud & Oysters. Alle tijd een rustig rond te kijken. Rickie had een lift gekregen van een local naar de bakker en werd keurig voor het terras afgezet. Ze kreeg geen tijd om de vriendelijke lady te bedanken. Dat ging Marius wel even doen, hetgeen eindigde in een heus huwelijksaanzoek. Met slippende banden en opspattend grind liet zij hem verdwaasd achter. Dit keer was het geen carnaval voor hem.

Gezien de weersvoorspellingen werd door onze vlootvoogden besloten de volgende dag maar in één keer over te steken naar IJmuiden en het uitstapje naar Scheveningen maar over te slaan. Een juiste en goed doordachte beslissing met de voor vrijdag voorspelde harde noordoostenwind tegen.

In het moderne en goed geoutilleerde restaurant eet ik die avond de heerlijkste biefstuk ooit. Het kan niet anders dan dat deze afkomstig is van een koe die jarenlang ieder dag op haar billen is gemasseerd door miss Peggie herself. Wat fijn is het om dan warm en voldaan je slaapzak in te rollen. 

Terug naar IJmuiden

Donderdagmorgen vertrekken we met wat tegenstroom en een lopend noodwestelijk windje richting home. De tonnen van de Shipwash staan in de GPS en na een paar uurtjes begint ook de ebstroom mee te lopen. De wind neemt toe en de stroom mee maakt dat we in de middag moeten gaan reven. Er staat inmiddels een vervelende korte golfslag met lange dwarsgolven, waardoor dit reven nog wel enige tijd in beslag neemt. Als een zwaan die rustig door het water glijdt komt Hans met zijn prachtige Halberg Rassy ons rustig voorbij lopen en vraagt of er problemen zijn. Goed dat hij dat even doet en we zwaaien hem toe dat alles in orde is. Onze boot zwiept alle kanten op en ik ben blij als we weer druk op de zeilen hebben en onze koers kunnen voortzetten. Inmiddels is mijn middagmaal wel aan de haringen gevoerd, dus als je er eentje tegenkomt met een lichtrood kleurtje van de tomatensoep, dan weet je waar die vandaan komt.

Met de stevige wind maken we voldoende snelheid, maar al met al zijn we toch bijna 27 uur onderweg als we vrijdagmorgen IJmuiden binnenlopen. Een paar schepen gaan er die dag al door naar huis. Met een lekker hapje eten en goed glas besluiten we met samen met de anderen onze mooie en geslaagde tocht. Ben je niet meegegaan, dan heb je echt een geweldige week gemist. Heerlijk weer, prachtig zeilen, lekker ongedwongen en leuk georganiseerd. Met dank aan de organisatoren.

Team Member Wim Nierman
Stuurman a.b. van de Team Windrose